Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En David toog [1]van daar op, en hij bleef in de vestingen van [2]En-gedi. 1. Te weten, uit de woestijn Maon, waar Saul hem meende te vangen, gelijk hfdst.23 vs.25 gezegd is. 2. Anders genoemd Hazazon-Thamar, Gen.14:7, en 2 Kron.20:2. Het is een stad, gelegen in den stam van Juda, aan de Zout- of Dode zee, naar het zuiden, tussen hoge bergen en rotsstenen, in het midden van welke veel schone en genoegelijke valleien en velden zijn, beplant met velerlei schone bomen, als palmen en dergelijke; ook wast aldaar veel balsem, enz.